Het schip vaart van april tot oktober langs verschillende locaties langs de Nederrijn, zoals de Blauwe Kamer, de Grebbeberg, de uiterwaarden en de steenfabrieken. Samen met de matroos zorgt de schipper voor de veiligheid van de passagiers. Hij is de baas aan boord. De gastheren en -vrouwen zorgen dat het de passagiers aan niets ontbreekt en de gidsen vertellen vol enthousiasme over het natuurleven op en langs de rivier.
Als schipper heb je een groot vaarbewijs binnenvaart of een geldig Rijn-patent. Je bent ook medisch gekeurd en hebt een verklaring Eerste Hulp Verlener en een Deskundige Passagiersvaart Verklaring (DPV). De opleidingen daarvoor worden vergoed door de stichting. Uiteraard is er een inwerkperiode om het schip te leren kennen.
Onderweg vertellen gidsen over de natuur, de geschiedenis en de geografie van het gebied. Arno vertelt enthousiast verder: “De gidsen hebben hun eigen specialisatie. De een is van de geografie, de andere is van de biologie, van de vogeltjes en de bever en de andere is van de plantjes.
Ik luister altijd met een half oor mee naar wat de gidsen vertellen. Dan denk ik van: nog nooit van gehoord. Terwijl ik als binnenvaartschipper toch al jaren langs dezelfde dijken vaar. Je ziet als schipper en bezoeker de natuur vanuit een bijzonder perspectief. De meeste mensen bekijken de rivier vanaf de wal. Er gaat een wereld voor je open. En de bezoekers erbij maakt het extra interessant. Je hebt op de Blauwe Bever een uniek publiek. De bezoekers zijn enorm nieuwsgierig.”